Horizontaal: |
| 1. | Bij deze manier van voortplanting vindt er altijd een bevruchting plaats. |
| 5. | Op de foto zie je een kind die een chromosoomafwijking heeft (=mongooltje). Hoe wordt deze afwijking genoemd?  |
| 6. | Hoe worden de onderdelen genoemd, waarin zaadcellen worden opgeslagen? (tevens aangegeven met nummer 6)  |
| 7. | Via dit bloedvat worden zuurstof en voedingsstoffen naar het embryo vervoerd. |
| 8. | Vrouwen van boven de 50 komen in de ..................Ze menstrueren dan niet meer. |
| 10. | Welk deel wordt aangegeven met nummer 1?  |
| 11. | Hoe worden de spiersamentrekkingen genoemd, waardoor de baarmoedermond en vagina wijder worden? |
| 12. | Hoe wordt het onderzoek genoemd, waarbij rond de tiende week, enkele cellen worden weggenomen van de placenta? Deze cellen worden onderzocht op afwijkingen.  |
| 13. | Bekijk de afbeelding. Zeven dagen na de eisprong zet de bevuchte eicel zich vast in het baarmoederslijmvlies. Hoe wordt deze "vastzetting" genoemd?  |
| 14. | Dit voorbehoedmiddel, waarin zich hormonen bevinden, voorkomt een eisprong. |
| 17. | Op de foto is 1 zaadcel samengesmolten met de kern van de eicel. Hoe heet dit proces?  |
| 19. | Personen die zowel op mannen als op vrouwen vallen, noem je .............. |
| 20. | Hoe heet onderdeel nummer 7?  |
| 21. | Een hommel vliegt van de ene narcis naar een andere narcis. Tijdens het bezoek aan de tweede bloem veegt hij narcisstuifmeel af aan de stempel. Hoe wordt dit proces genoemd?  |
| 22. | Welk onderdeel is aangegeven met nummer 1?  |
| 23. | Een periode van snelle groei noemen we................. |
| 25. | Welk onderdeel wordt aangegeven met nummer 5?  |
| 27. | Een ander woord voor een stijve penis is een .................. |
| 28. | Wat is de naam van onderdeel nummer 2?  |
| 30. | Een ander woord voor eisprong is............. |
| 31. | Het enige voorbehoedmiddel dat beschermt tegen soa's is een .............. |